dinsdag 16 december 2014

Vrijwilligerswerk

Toen wij ons destijds, nu 20 jaar geleden, hier vestigden, betekende dat volgens een deel van het dorp een grote stap voorwaarts. Jong waren we nog. Sterk ook wel. Bovendien vestigde zich direct na ons een ander stel van vergelijkbare leeftijd.

De zich al meer dan een eeuw voltrekkende ontvolking en vergrijzing (rond de 70 inwoners midden 19e eeuw tot 11 personen in 1994 met een gemiddelde leeftijd van bijna 70 jaar) leek te worden gekeerd.
Tussen juli en november 1994 daalde de gemiddelde leeftijd met 10 jaar en nam de bevolking toe met 37%! Bovendien kregen beide jonggevestigde gezinnen samen al snel niet minder dan 6 kinderen en vielen  er aan de bovenkant van de bevolkingspyramide een paar af, vestigden zich nog meer jonge mensen, zodat in het jaar 2004 de bevolking uit niet minder dan 25 personen bestond met een gemiddelde leeftijd van 33 jaar. Meer dan 100% groei en een ruime halvering van de gemiddelde leeftijd.

Dat was meer dan de sociale cohesie op kon vangen. Nog eens verergerd door het opknappen van een stuk of wat huizen voor vakantiewoning in dezelfde periode. Dat is weer een ander onderwerp.

Vrij snel na de vestiging van de pioniers werd het traditionele dorpsfeest weer georganiseerd en werd het treball comu (werken voor de gemeenschap) in ere hersteld. Met die oudjes ging het samenwerken wat minder, dus Sergi en ik moesten er al snel aan geloven. 
Nooit zal ik vergeten hoe wij na een paar jaar stenen sjouwen onze inwijdingsrite ondergingen. Op een middag werden we meegevoerd naar de dorpsbronnen om deze te reinigen, maar vooral om te ontdekken waar ze waren. De locaties van de bronnen waren min of meer geheim. Er zou eens een kwaadwillende vreemdeling gif in het water kunnen gooien! Dat verzin ik niet, het was werkelijk een argument. Jaren later heb ik mijn eigen jongens (Suus was het huis al uit) deelgenoot gemaakt. Grappend zei ik tegen hen dat er met hen erbij maar 5 mannen in de wereld zijn die weten waar de 5 heilige bronnen zich bevinden, dus dat zij het goed moeten onthouden en aan hun kinderen doorgeven.......

Treball comu was vanouds het gebruik -wellicht op instigatie van de adel of de kerk, al was er vroeger in CataloniĆ« een informeel bestuurssysteem waar alle mannelijke huishoofden een rol in speelden- om met name infrastructurele werken uit te voeren die boven het individuele belang uitstegen. Het onderhouden van de paden naar de akkers en weidegronden of naar het volgende dorp. Deze werkdagen waren verplicht. Naarmate de overheid een grotere rol in de maatschappij krijgt, neemt de noodzaak hiervan uiteraard af. "Daarom betalen we toch belasting" en dat soort argumenten, waarmee de verplichting die vroeger een uitweg uit het prisoners-dilemma bood, wordt ontlopen. 

Inmiddels zijn we weer 10 jaar verder. De bevolking is afgenomen tot 14 zielen en de gemiddelde leeftijd gestegen tot 47. De Spaanse overheid is nagenoeg failliet, dus de gemeente probeert op alle mogelijke manieren te bezuinigen.

Het treball comu lijkt, ondanks meerdere min of meer mislukte pogingen van mij om daar contuniƫteit in te bewerkstelligen, weer terug waar het in 1994 was. Minstens licht comateus.

Daarom doe ik het de laatste jaren grotendeels alleen. Weliswaar probeert de burgemeester (uit het hoofddorp van de gemeente is dat) mij voorzover de gemeentekas het toelaat voor dingen te betalen, maar...........

Onderstaande foto heb ik gemaakt om mijn dorpelingen (en tweedehuisjes eigenaren) te laten zien wat ik gedaan heb aan het dak van de kerk. Leien vervangen en het mechanisme van de klokken gerepareerd.



Stiekem hoop ik dat ik hen kan motiveren om een aantal van mijn andere treball comu bezigheden minstens gedeeltelijk van mij over te nemen.

Soms denk ik namelijk, als ik bijvoorbeeld het kerkhof aan het maaien ben: Pffffft, mijn ouders liggen hier niet begraven.

Terug naar de website

Geen opmerkingen:

Een reactie posten