vrijdag 11 oktober 2013

Gastarbeid

Voorjaar 2007:

De afgelopen winter hobbelde er steeds een wat onduidelijke man over de weg naar ons dorp heen en weer. Al naar gelang zijn en onze voorkeur van stijgen of dalen overeenkwamen namen we hem wel eens mee. Hij deed wat onduidelijks bij de bouw van twee nieuwe huizen in ons dorp. Naar het zich liet aanzien was hij een soort dagloner die de weg naar omhoog insloeg om zijn geluk te beproeven. Als je hem zag, en dat was vaak, stond hij meestal buiten bij het vuur handen en lijf te verwarmen. Werken zag je hem eigenlijk nooit.
Op zeker moment kwam ik hem tegen in de bar beneden. Naar zeggen was hij stucadoor van professie, hetgeen een plausibele verklaring vormde voor zijn schijnbare inactiviteit: stucadoors werken meestal binnen. Aangezien ik werk genoeg heb, en bovendien niet erg bedreven als stucadoor, was de deal snel gemaakt. Hij zou na voltooiing van zijn werkzaamheden aan het werk gaan bij de verbouwing van het huis van mijn broer en neef. Om de kosten van pensions uit te sparen wilde hij wel slapen in het in aanbouw zijnde huis, waartegen ik geen bezwaar maakte.
Op zekere dag werd ik gebeld -hij heeft zelf geen telefoon- door zijn vorige opdrachtgever of ik Jaime’s spullen op kan komen halen. Blijkt bij aankomst, ’s avonds om negen uur, dat Jaime uit voorzorg zijn pension alvast heeft opgezegd. Of was aangezegd, want de grote intocht van de paasweek begon net die dag.
Tja, en wat doe je dan als politiek correcte burger met een alleenstaande, half-marokkaanse, op straat staande pensionbewoner in het hartstikke donker als er nog totaal geen sprake is van wat voor bed dan ook in een donker koud huis op twee kilometer slecht begaanbaar gaans? Je geeft hem een bed.Drie nachten verder -hij had ook nog een klusje in een ander project van me in ons eigen dorp- wist ik hem het huis uit te werken onder het mom dat wij gasten kregen. Hetgeen overigens ook zo was, maar qua ruimte had het nog wel gekund, zal ik maar zeggen.
Ongeveer één keer per twee dagen rijdt hij nu mee naar beneden om boodschappen te doen. Om er zeker van te zijn dat hij niet ’s avonds laat voor onze deur staat met een zielig verhaal over de lange weg naar boven die hij nog te gaan heeft, breng ik hem daarna met de auto door omhoog.
De kinderen, wat minder politiek correct dan ik, zitten letterlijk met dichtgeknepen neuzen in de auto als zo’n ritje toevallig samenvalt met het halen of brengen van hen. Hij stinkt ook echt verschrikkelijk. In plaats van zich te wassen verfrist hij zich met het goedkoopste reukwater dat er bestaat. Hetgeen een geurmelange geeft van het soort dat je niet verzint.
Maar mijn politiek correcte ik twijfelt toch om hem een douche aan te bieden in ons huis. Want hoe krijg ik hem dan weer terug in zijn caravan die op de binnenplaats van het in aanbouw zijnde huis staat?

Terug naar de website

Geen opmerkingen:

Een reactie posten